De vergelijking met de Joodse holocaust
door Sandew Hira.
Bron: Slavernij Online
De vernietiging van mensenlevens begon in Africa |
Ik baseer me bij de vergelijking van misdaden tegen de menselijkheid op wetenschappelijke feiten: de omvang van de misdaad (hoeveel slachtoffers), de duur (hoe lang duurde het) en de aard (hoe was die misdaad georganiseerd en hoe was het lijden van de slachtoffers).
Op zich is de methode heel normaal. Je bepaalt de criteria van de vergelijking en voert die vergelijking uit. Niks bijzonders.
Wat te doen als de uitkomst je niet aanstaat, namelijk dat de Joodse Holocaust op de vierde plaats komt en de manier waarop met die eerste misdaad omgegaan wordt tekenend is voor het gebrek aan beschaving in Europa?
Je kunt twee kanten op.
Je kunt zeggen: het is jammer en vervelend, maar de feiten zijn de feiten en laten we kijken hoe we daarmee omgaan. Moeten we niet op een andere manier omgaan met die andere misdaden dan we tot nu toe gedaan hebben? Dat lijkt me een volstrekt rationele en correcte benadering.
Wat ik tegenkom is het tegendeel. De meest gekke redeneringen worden van stal gehaald.
Argument 1: Je kunt de Joodse Holocaust helemaal niet vergelijken met de Transatlantische slavernij omdat ze heel verschillend zijn.
Dit is heel onlogisch. Hoe weet je dat ze verschillend zijn als je ze niet mag vergelijken? Dit is een tegenstrijdige redenering.
Ten tweede, vergelijkingen doe je met het doel om overeenkomsten en verschillen vast te stellen. Waarom mag je de overeenkomsten niet noemen, maar alleen de verschillen? Het is volstrekt irrationeel.
Argument 2: De Joodse holocaust was gericht op de vernietiging van mensenlevens. Slavernij was gericht op de uitbuiting van mensen.
Dit klopt feitelijk al niet. Het effect van slavernij wás de vernietiging van mensenlevens. Voor iedere Afrikaan die levend vertrok uit Afrika zijn 2-5 mensen onderweg gestorven in het proces van kidnapping. Die levens (24-60 miljoen) zijn vernietigd. Van de 12 miljoen mensen die naar de Amerikas vertrokken zijn 2 miljoen onderweg gestorven. Die levens zijn vernietigd. Waar een normale bevolking groeit, is in Suriname van de 350.000 mensen die aangevoerd zijn aan het eind van slavernij 10% overgebleven. Die levens zijn vernietigd.
De gedachte dat vernietiging van levens alleen in gaskamers plaatsvindt, is een belediging voor de slachtoffers van de transatlantische slavernij.
Nu was het doel van de Joodse Holocaust verschillend. De Duitse nazi’s hadden een ideologisch motief om het Joodse ras te willen vernietigen. De andere “nazi’s” van Europa (Nederlanders, Engelsen, Fransen, Spanjaarden, Portugezen) hadden een economisch motief om de Afrikaanse levens te vernietigen in slavernij. Waarom is het economische motief minder erg dan het ideologische motief? Kennelijk zit hierachter de redenering dat als je ergens geld aan verdient, dan is het geoorloofd. Die redenering alleen al is beschamend, maar wordt wel gebruikt door de mensen die ageren tegen de vergelijking met de Joodse holocaust.
Argument 3: Je kunt leed niet met elkaar vergelijken. Ieder leed is even erg.
Dat klopt niet. Elke dag wordt in iedere rechtbank in de wereld verschillende vormen van leed met elkaar vergeleken en wordt vastgesteld dat niet ieder leed even erg is. Op basis daarvan worden strafmaten bepaald. Stel dat iemand vermoord wordt bij een roof. Je gaat toch niet zeggen: “Gisteren is een holocaust gepleegd”, omdat je vindt dat het leed van de Joodse holocaust even erg is als de roofmoord. Dat zou je best kunnen doen als je de redenering volgt dat alle leed even erg is. Het zou namelijk betekenen dat je volstrekt onkundig bent over het verschil tussen een gewone moord en een misdaad tegen de menselijkheid.
Een misdaad tegen de menselijk heeft minimaal drie kenmerken: het wordt op grote schaal gepleegd (duizenden mensen) over een langere periode (niet een dag) en wordt vanuit een institutioneel kader (overheid, grote georganiseerde groepen) uitgevoerd.
Je kunt hieraan toevoegen dat de impact ook gigantisch is. Zo is de impact van de transatlantische slavernij (die 350 jaar heeft geduurd met een ongelooflijke intensiteit) niet alleen mensenlevens heeft vernietig, maar ook de geest en cultuur van een heel volk. Dat is niet met de Joodse Holocaust gebeurd. Afrikanen die eerst Kwame heten, zijn zich Piet gaan noemen. Dat soort processen hebben zich niet afgespeeld met Joden. De Joden hebben in bepaalde perioden van de geschiedenis hun identiteit moeten verbergen, maar de systematische manier waarop de Afrikaanse cultuur is vernietigd is van veel grotere betekenis geweest. Mental slavery heeft een geest vernietigd. De Joodse cultuur heeft aanzienlijk minder last gehad van mental slavery.
Argument 4: je mag de term Holocaust niet gebruiken voor andere misdaden tegen de menselijkheid.
Mijn vraag is: waarom niet? Wie bepaalt dat je dat niet mag doen? Het komt allemaal neer op het creëren van een uitzonderingspositie voor de Joodse holocaust die helemaal niet ondersteund wordt door wetenschappelijke en historische feiten. Het is emotie, en wat voor emotie?
Waarom is het erg als blijkt dat iemand anders meer geleden heeft dan jij? Waarom zou je boos worden als de feiten dat uitwijzen. Dan is er toch iets grondig mis met je moraal als je niet accepteert dat een ander meer geleden kan hebben dan jij?
De irrationele emoties rond de Joodse Holocaust vormen ook een blokkade voor een probleem dat wel op tafel ligt: hoe om te gaan met eeuwen van leugens en het bagatelliseren van de grootste misdaad tegen de menselijkheid in onderwijs en cultuur?
Onlangs kreeg ik een rapport onder ogen dat is opgesteld door het adviesbureau Tuhuteru en partners. Het is een communicatie-advies aan de Stichting Herdenking Slavernijverleden die met een budget van 750.000 euro allerlei activiteiten zal organiseren in Nederland. Het advies van het bureau is veelzeggend: “Het verleden onder ogen zien zou moeten leiden tot overwinning van het pijnlijke verleden en gevoelens van schaamte en schuld daarover. Van belang is daarom weg te blijven van de schuldvraag omdat dat tot weerstand zou kunnen leiden bij het algemene publiek.” (p. 4).
Als dit advies zou worden gebruikt bij de herdenking van de Holocaust dan zou het erop neerkomen dat gezwegen moet worden over de rol van de nazi’s omdat dat tot weerstand zou leiden bij de nakomelingen van de nazi’s. Je moet het maar bedenken, en nog uitvoeren ook.
Als dit de basis moet zijn van hoe om te gaan met het slavernijverleden in 2013 in Nederland dan gaan we zinloze exercities tegemoet. 2013 zou het jaar moeten zijn waarin zonder enige beperking en in volle vrijheid alle pijnlijke onderwerpen zonder schroom op tafel moeten worden gelegd en besproken. Doen we dat niet, dan zullen we eind 2013 niet verder gekomen zijn dan wat feestjes en plichtplegingen maar is er niets fundamenteels veranderd. Terwijl dit het jaar zou moeten zijn om daar een begin mee te maken.
Waarde Rudolph! Goede zaak om deze zwarte blz uit de Nederlandse canon nadrukkelijk voor het voetlicht te plaatsen. Wel vind ik het bijzonder dat je ervoor kiest de visie van (de zo van eigen gelijk overtuigde) Dew Baboeram/Sandew Hira aan te halen (zie www). Het zeer lezenswaardige artikel in de NRC van 30.06.2013 "De slavernijgeschiedenis is niet zwart-wit" noemt behalve enkele Nederlandse historici ook mw Aspha Bijnaar, die met haar uitspraken heel wat meer ontzag inboezemt: "Er leeft bij Surinamers en Antillianen de begrijpelijke angst dat () het leed van hun voorouders kleiner wordt gemaakt, maar ik vind het belangrijk om mensen te laten nadenken over iets wat ingewikkeld is. Want dàt was de slavernij."
BeantwoordenVerwijderenMet broederlijke groet!